Artikel 14.1 Toepassingsgebied
De artikelen in dit hoofdstuk zijn van toepassing op werknemers met een functie die behoort tot de functiegroep Publiekstijdschrift- en Opinieweekbladjournalisten. In dit hoofdstuk wordt werknemer aangeduid als journalist en werkgever aangeduid als directie, hoofdredacteur of leidinggevende. Deze artikelen gelden in aanvulling op of, waar dat is aangegeven, in afwijking van de basisbepalingen.
Artikel 14.2 Functiegebouw voor de functiegroep Publiekstijdschriftjournalisten en Opinieweekbladjournalisten
Functie-indelingsinstrument PUOP
Het functiegebouw is een erkend functie-indelingsinstrument in de vorm van een functieniveaumatrix (Hay-methode). In de matrix zijn functieniveaugroepen 1 tot en met 5 en A tot en met C beschreven met bijbehorende referentiefuncties.
Groep | Hoofdredactie | Redactie | Eindredactie | Vormgeving |
---|---|---|---|---|
C |
Hoofdredacteur A |
|||
B |
Hoofdredacteur B |
|||
A |
|
|||
5 |
|
|
Art Director A |
|
4 |
|
Eindredacteur A |
|
|
3 |
|
Eindredacteur B |
|
|
2 |
|
Eindredacteur C |
|
|
1 |
Artikel 14.3 Salarisgebouw voor de functiegroep Publiekstijdschrift- en Opinieweekbladjournalisten
Salarisschalen
Het salarisgebouw bestaat uit salarisschalen 1 tot en met 5. De salarissen voor de functieniveaugroepen A, B en C worden vastgesteld op ondernemingsniveau.
De vermelde bedragen zijn maandsalarissen in euro’s en gebaseerd op een normale arbeidsduur van gemiddeld 36 uur per week.
De salarissen en salarisschalen worden zijn als volgt aangepast:
- per 1 januari 2024: € 160,- en daarna 2,0% structureel
- per 1 januari 2025: € 80,- en daarna 1,5% structureel
De salarisschalen 1 tot en met 5 komen overeen met de functieniveaugroepen 1 tot en met 5 in artikel 14.2.
Normale arbeidsduur
De normale arbeidsduur bedraagt gemiddeld 144 uur per vier weken (gemiddeld 36 uur per week).
Schaal | Minimum | Maximum | Standaard stap |
---|---|---|---|
I |
2.412,78 |
2.834,91 |
3% |
II |
2.684,15 |
3.913,94 |
3% |
III |
2.972,75 |
4.845,43 |
3% |
IV |
3.531,65 |
5.773,69 |
3% |
V |
4.173,46 |
6.845,17 |
3% |
* De standaardstap bedraagt 3% van het maximum van de salarisschaal
Als het salaris in de salarisschalen lager is dan het wettelijk minimumloon, is het wettelijk minimumloon van toepassing.
Schaal | Minimum | Maximum | Standaard stap |
---|---|---|---|
I |
2.530,17 |
2.958,64 |
3% |
II |
2.805,61 |
4.053,84 |
3% |
III |
3.098,54 |
4.999,31 |
3% |
IV |
3.665,82 |
5.941,49 |
3% |
V |
4.317,26 |
7.029,05 |
3% |
* De standaardstap bedraagt 3% van het maximum van de salarisschaal
Als het salaris in de salarisschalen lager is dan het wettelijk minimumloon, is het wettelijk minimumloon van toepassing.
Artikel 14.4 Extra vrije tijd voor de functiegroep Publiekstijdschriftjournalisten en Opinieweekbladjournalisten
Vakantierechten publiekstijdschriftjournalisten (PU)
De journalist die is aangesteld als publiekstijdschriftjournalist met een voltijd dienstverband maakt ter aanvulling op de 20 wettelijke en de waarde van 4 bovenwettelijke vakantiedagen (1,6% van het salaris) in deze cao aanspraak op 2 extra dagen bovenwettelijk verlof.
Vakantierechten opinieweekbladjournalisten (OP)
De journalist die is aangesteld als opinieweekbladjournalist met een voltijd dienstverband maakt ter aanvulling op de 20 wettelijke en de waarde van 4 bovenwettelijke vakantiedagen (1,6% van het salaris) in deze cao aanspraak op de waarde van 1 extra dag bovenwettelijk verlof.
Extra vrije tijd ter compensatie van overwerk m.i.v. Schaal 4
De journalist die met zijn functie is ingeschaald in schaal 4 of hoger ontvangt 3 extra bovenwettelijke vakantiedagen ter compensatie van overwerk.
NB: artikel 4.9 lid 1 en 3 en artikel 5.4 lid 4
Leeftijdsdagen
De journalist maakt ter aanvulling op de wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen in deze cao aanspraak op de volgende bovenwettelijke vakantiedagen (leeftijdsdagen).
Leeftijd | Aantal extra verlof dagen met behoud van salaris |
---|---|
Vanaf 50 jaar NB: In aanvulling op artikel 5.4 |
3 extra bovenwettelijke vakantiedagen met behoud van salaris per kalenderjaar |
Vanaf 55 jaar NB: In aanvulling op artikel 5.4 |
4 extra bovenwettelijke vakantiedagen met behoud van salaris per kalenderjaar |
De leeftijdsdagen worden niet in geldwaarde toegevoegd aan het persoonlijk keuzebudget maar geven aanspraak op vrije tijd met behoud van salaris.
Artikel 14.5 Regeling werktijdvermindering oudere Publiekstijdschriftjournalisten en Opinieweekbladjournalisten
Vermindering arbeidsduur: keuze voor senioren
De journalist met een voltijd dienstverband kan ervoor kiezen om vanaf 5 jaar voorafgaande aan zijn AOW-gerechtigde leeftijd, met behoud van salaris, een normale arbeidsduur van 128 uur per 4 weken (32 uur per week), met het recht deze te verdelen over 4 dagen per week, te gaan werken.
De journalist die voldoet aan de voorwaarden en gebruik wil maken van deze Regeling kan niet daarnaast ook aanspraak maken op de 80/90/100-regeling, de X/Y/Z-regeling noch op de leeftijdsdagen.
NB: artikel 5.3 en artikel 14.4 lid 4
Bijzondere omstandigheden
De journalist kan in bijzondere omstandigheden over een periode van maximaal 4 weken 1 dag per week afwijken (opsparen of opnemen) van een 4-daagse werkweek.
Arbeidsongeschiktheid en verlof
De journalist die door arbeidsongeschiktheid of verlof geen gebruik kan maken van de betaalde vrije dag in de 4-daagse werkweek, maakt geen aanspraak op compensatie.
Artikel 14.6 Opsparen roostervrije dagen
De journalist kan met de hoofdredactie/directie schriftelijk afspraken maken over het opsparen van maximaal 90 roostervrije dagen. De hoofdredactie/directie kan zijn medewerking weigeren in geval van dringende bedrijfsomstandigheden (bijvoorbeeld: onvoldoende bezetting).
Opgespaarde, niet opgenomen, roostervrije dagen worden niet uitbetaald.
Artikel 14.7 Ontslag ten gevolge van reorganisatie
Duur en hoogte van de aanvulling
De journalist die als gevolg van een reorganisatie wordt ontslagen ontvangt over de eerste 4 maanden een aanvulling op zijn WW-uitkering* tot 95% van het laatstverdiende bruto salaris.
Voor wie | Aanvulling tot % laatstverdiend bruto salaris | Duur aanvulling (minimaal 6 maanden) |
---|---|---|
Journalist |
95% van het laatst verdiende bruto salaris |
De eerste 4 maanden |
Aansluitend is de aanvulling op de WW-uitkering* als volgt:
Voor wie | Aanvulling tot % laatstverdiend bruto salaris | Duur aanvulling (minimaal 6 maanden) |
---|---|---|
Journalist die op de ontslag datum jonger dan 40 jaar oud en nog geen 10 jaar in dienst is |
|
60% van de periode waarin recht op een WW-uitkering bestaat met een minimum van 6 maanden |
Journalist die op de ontslag datum 40 jaar of ouder maar nog geen 50 jaar oud en nog geen 10 jaar in dienst is |
|
80% van de periode waarin recht op een WW-uitkering bestaat met een minimum van 6 maanden |
Journalist die op de ontslag datum tenminste 10 jaar in dienst of ouder dan 50 jaar is |
|
De gehele periode waarin recht op een WW-uitkering bestaat met een minimum van 6 maanden |
* WW-uitkering is de uitkering van het land waarop de werknemer aanspraak maakt en een duur heeft van minimaal 6 maanden.
De aanvulling op de WW-uitkering wordt verhoogd met de collectieve loonsverhogingen in deze cao.
De aanvulling wordt verrekend met de wettelijke transitievergoeding, met in achtneming van het besluit van 23 april 2015, Stb. 2015, 171 (Besluit voorwaarden in mindering brengen kosten op transitievergoeding).
Aanvulling op lager salaris
De journalist die na het ontslag een functie buiten het bedrijf (concern) aanvaardt met een aantoonbaar lager salaris, ontvangt van de directie gedurende de aanvullingsduur een aanvulling tot het laatst verdiende bruto salaris.